In 1712 en 1713 werd aan de Kromme Nieuwegracht 80 onderhandeld over de Vrede van Utrecht, die een einde moest maken aan de Spaanse successieoorlog. Tegelijkertijd was dit gebouw ook het toneel van verhitte discussies tussen Nederlandse en Engelse diplomaten, die vochten om het exclusieve contractuele recht om Afrikaanse slaafgemaakten te verkopen in Spaans-Amerika.
Dit contract werd het Asiento de Negros genoemd. Bij het tekenen van de Vrede van Utrecht verwierven de Engelsen het Asiento voor langere tijd en sloten daarbij de WIC uit. Zo werd het lot van vele duizenden slaafgemaakten in de achttiende eeuw voor een belangrijk deel bepaald door diplomatieke onderonsjes in de Utrechtse binnenstad. De Vrede van Utrecht van 1713 luidde een tijdperk in van ongebreidelde en gesanctioneerde slavenhandel.