Petronella Moens

Beluister de route via de player, ingesproken door Denise Jannah.


Nieuwegracht 30 is het woon- en sterfhuis van Petronella Moens (geboren 1762, overleden 1843). Zij kwam ter wereld in het Friese Kubaard, nabij Franeker, als tweede dochter in een predikantengezin met vier kinderen. Toen zij twee jaar oud was verhuisde het gezin naar Aardenburg in Zeeuws-Vlaanderen, waar haar vader als predikant was beroepen. In 1766 werd zij bij een ernstige aanval van kinderpokken blind.

  • Portret van Petronella Moens (1762-1843) en Antonia Elisabeth Camphuis (1807/1808-1842). Margaretha Cornelia Boellaard. Coll. Centraal Museum
  • Anonieme prent (litho) naar een anoniem portret van Petronella Moens uit ca. 1825, met daaronder een gedicht van de blinde dichteres voor de heer A. Uytenhove, getekend 1 juni 1791. Coll. Het Utrechts Archief.
  • Petronella Moens, anoniem portret
  • Woonhuis Petronella Moens. Petronella's kamers lagen mogelijk op de 2e of 3e verdieping.
  • Petronella Moens woonde de laatste jaren van haar leven hier op kamers aan de Nieuwegracht 30. Foto: Anna van Kooij.

Moens produceerde romans, toneelstukken, gedichten en artikelen. Als blinde dicteerde zij haar teksten; eerst aan vriendinnen, later aan een speciaal daarvoor ingehuurde ‘schrijfjuffrouw’.

Moens was een progressieve vrouw. In het kritische blad De leerzame Praatal, waarvan zij van 1790 tot 1792 de redactie voerde toonde  Moens zich een voorstandster van actief en passief kiesrecht voor vrouwen, maar protesteerde vooral ook tegen de slavernij.

In 1798 publiceerde Moens een gedicht, getiteld: ‘Bij het afschaffen van den slaavenhandel door de Fransche Natie’:

Mijn God! Ik vind geen woorden,
Die mijn gedachten schildren.
De menschheid is veradeld;
De vrije Fransche Natie,
Verbreekt der slaaven keten;
zij noemt verdrukte Negers,
Haar vrijgebooren broeders.-
De menschheid is veradeld;
Zij wringt gevloekte boeien,
Van langgekromde halzen.
Ik zing voor u, ô Godheid!
Met stervend stof omkleed.

In 1817 schreef Moens de roman Aardenburg, of de onbekende volksplanting in Zuid-Amerika over twee Nederlanders die een plantage beginnen in Zuid-Amerika:

Dat de Zwarten de Blanken wantrouwden, dat vele van hen geene vriendschappelijke neigingen, maar afkeer en wraakzucht in het hart voedden, o, dat was natuurlijk; doch de beide Vrienden deden hun best, om allengs meer en meer een gepast ontzag inteboezemen, en het gul vertrouwen van deze natuurkinderen te winnen. Zij deden hunne meerderheid in kennis en beschaving, en vooral in levenswijsheid altijd duidelijk gevoelen; doch daar zij de waarde van den mensch naauwgezet eerbiedigden, was de schandelijke slavernij in een zachte redelijke dienstbaarheid welhaast herschapen. ‘Gij allen kunt uwe vrijheid alras verdienen’- zeide Adolf, die met drift de taal der Negers leerde, en zich intusschen door tolken deed verstaan.  [1]

In 1821 verhuisde Moens naar Utrecht. Een dienstbode en haar ‘schrijfjuffrouw’ waren haar huisgenoten. Erg breed had zij het niet. Via de Oudegracht, Lijnmarkt en Oudkerfkhof verhuisde ze naar een bovenetage op de Nieuwegracht 30. Hier stierf zij op tachtigjarige leeftijd. Moens werd begraven aan de Gansstraat Utrecht. Haar graf is in 1895 geruimd.

Meer informatie

De stichting Petronella Moens geeft op Internet veel aanvullende informatie over Petronella Moens. Regelmatig verschijnt ook een tijdschrift onder de naam Moensiana.

Album Amoricum Petronella Moens (digitale versie)

Petronella Moens (1762-1843), De Vriendin van ’t Vaderland,  Ans J. Veltman-van den Bos, 2000, Nijmegen: Van Tilt.


[1] Aardenburg, of de onbekende volksplanting in Zuid-Amerika, door Petronella Moens 1816/1817, p.118-119.